Seat Leon: Motorregeling en uitlaatgasreinigingssysteem - Rijden - Bedienen - Seat Leon - InstructieboekjeSeat Leon: Motorregeling en uitlaatgasreinigingssysteem

Seat Leon / Seat Leon - Instructieboekje / Bedienen / Rijden / Motorregeling en uitlaatgasreinigingssysteem

Inleiding tot thema

ATTENTIE

  •  Vanwege de hoge temperaturen die in het uitlaatgasreinigingssysteem (katalysator of roetfilter voor dieselmotoren) kunnen voorkomen, mag u de wagen niet boven licht ontvlambaar materiaal parkeren (bijv. wei of bosrand).

    - brandgevaar!

  •  Geen conserveringsmiddelen gebruiken voor voor de bodem van de wagen in de zone bij de uitlaat - brandgevaar!

 

Let op Zolang de controlelampjes , , of blijven branden, kunnen er storingen in de motor zijn; daardoor kan het brandstofverbruik toenemen en de motor vermogen verliezen.

Katalysator

Er mag alleen loodvrije benzine worden getankt, omdat anders de katalysator kapotgaat.

De tank mag nooit helemaal worden leeggereden, omdat dit dan door de onregelmatige brandstofvoorziening tot overslaan van de ontsteking kan leiden. In dat geval komt onverbrande benzine in het uitlaatsysteem, hetgeen tot oververhitting en beschadiging van de katalysator kan leiden.

Roetfilter

Het roetfilter voor dieselmotoren filtert vrijwel alle roetdeeltjes uit de uitlaatgassen. Tijdens normaal rijden wordt het filter vanzelf gereinigd.

Het roetfilter bij dieselmotoren regenereert automatisch; er is geen controlelampje dat dit aangeeft. Het is mogelijk dat u een verhoging van het motortoerental bij stationair draaien opmerkt en een bepaalde geur ruikt.

Als de automatische reiniging van het filter niet wordt uitgevoerd (bijv. omdat u steeds korte afstanden rijdt met de wagen), hopen zich roetdeeltjes op in het filter en gaat het controlelampje van het roetfilter bij dieselmotoren branden.

Om dan de automatische reiniging van het filter mogelijk te maken, gaat u als volgt te werk: rijd gedurende ca. 15 minuten met een snelheid van minimaal 60 km/u (37 mpu) in de 4e of 5e versnelling (automatische transmissie: keuzehendelstand S). Houd het motortoerental op ca. 2000 tpm. Door de temperatuurverhoging wordt het roet in het filter verbrand. Zodra de reiniging is afgerond, gaat het controlelampje uit. Mocht het controlelampje niet uitgaan, ga dan naar de werkplaats van een officiële SEAT dealer en laat het defect herstellen.

Motorregeling*

Het controlelampje dient ter controle van de motorregeling bij benzinemotoren.

Het controlelampje (Electronic Power Control) gaat ter controle branden als u het contact inschakelt. Het lampje moet na het aanslaan van de motor uitgaan.

Treedt tijdens het rijden een storing op in de elektronische motorregeling, dan gaat het controlelampje branden. Zo snel mogelijk een gespecialiseerde werkplaats opzoeken en de motor laten controleren.

Uitlaatgascontrolesysteem*

Controlelampje knippert:

Door een slecht draaiende motor kan de katalysator worden beschadigd. Snelheid minderen en voorzichtig naar de dichtstbijzijnde gespecialiseerde werkplaats rijden en de motor laten controleren.

Het controlelampje gaat branden:

Als zich tijdens het rijden een storing voordoet die de kwaliteit van de uitlaatgassen doet afnemen (bijv. lambdasonde defect).

Snelheid minderen en voorzichtig naar de dichtstbijzijnde gespecialiseerde werkplaats rijden en de motor laten controleren.

Voorgloeisysteem/motorstoring*

Dit controlelampje brandt tijdens het voorverwarmen van de dieselmotor.

Het controlelampje gaat branden

Wanneer het contact wordt ingeschakeld en het controlelampje brandt, wordt er voorgegloeid.

Wanneer het controlelampje uit gaat, kunt u de motor direct weer starten.

Controlelampje knippert

Treedt tijdens het rijden een storing op in de motorregeling, dan wordt dit aangegeven door het knipperen van het controlelampje van het voorgloeisysteem . Zo snel mogelijk een gespecialiseerde werkplaats opzoeken en de motor laten controleren.

Energiemanagement

Startomstandigheden worden geoptimaliseerd Het energiemanagement regelt de elektrische energieverdeling en optimaliseert zo de beschikbaarheid van elektrische energie voor het starten van de mo ...

Aanwijzingen voor het rijden

Waden door ondergelopen wegdelen Om schade aan de wagen te vermijden bij het rijden door water, bijv. een ondergelopen weg, dient rekening gehouden te worden met het volgende: Het water mag ...

Zie ook:

Seat Leon. Stoelen en hoofdsteunen verstellen
Stoelen handmatig verstellen ATTENTIE Belangrijke informatie, tips, adviezen en waarschuwingen die u in het belang van uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw passagiers moet lezen ...

Skoda Octavia. Inleiding voor het onderwerp
Het panorama-schuif-kanteldak (hierna schuif-kanteldak) kan alleen bij ingeschakeld contact en bij een temperatuur hoger dan -20 °C worden bediend. Nadat het contact is uitgeschakeld, kunt u het ...

Modellen: