Seat Leon: Anti-diefstal alarmsysteem* - Openen en sluiten - Bedienen - Seat Leon - InstructieboekjeSeat Leon: Anti-diefstal alarmsysteem*

Beschrijving

Met behulp van het alarmsysteem moeten inbraakpogingen en diefstal van de wagen worden bemoeilijkt.

Het alarmsysteem wordt automatisch geactiveerd wanneer de wagen met de sleutel gesloten wordt.

Wanneer treedt het alarmsysteem in werking?

Het alarmsysteem laat gedurende 30 seconden akoestische en (knipperende) lichtsignalen horen en zien die tot 10 maal herhaald worden wanneer, als de wagen vergrendeld is, de volgende handelingen zonder autorisatie worden uitgevoerd:

Het alarm uitschakelen

Ontgrendel de wagen met de ontgrendelknop op de wagensleutel of schakel het contact met een passende sleutel in.

Let op

  • Na 28 dagen gaat het controlelampje uit om te voorkomen dat de accu leeg raakt als de wagen voor langere tijd geparkeerd staat.

    Het alarmsysteem blijft geactiveerd.

  • Als na afloop van het alarmsignaal nogmaals in de beveiligde zone wordt ingebroken (bijv. na het openen van een portier wordt de achterklep geopend), wordt het alarmsysteem opnieuw geactiveerd.
  • Het alarmsysteem wordt niet geactiveerd als de wagen van binnenuit met de drukknop voor de centrale vergrendeling vergrendeld wordt.
  • Indien het bestuurdersportier mechanisch met de sleutel ontgrendeld wordt, wordt enkel dit portier ontgrendeld en niet de hele wagen. Alleen na het inschakelen van het contact blijven alle portieren onbeveiligd - maar niet ontgrendeld - en wordt de drukknop voor de centrale vergrendeling geactiveerd.
  • Als de wagenaccu helemaal of voor de helft ontladen is, werkt het alarmsysteem niet correct.
  • De wagenbewaking blijft ook gegarandeerd als de accukabels worden losgemaakt of de accu niet meer werkt indien het alarmsysteem geactiveerd is.
  • Als een van de beide accukabels bij een geactiveerd alarmsysteem wordt losgemaakt, treedt het alarmsysteem in werking.

Interieurbewaking en wegsleepbeveiliging*

Bewakings- of controlefunctie inbegrepen in het alarmsysteem*, dat via ultrasoon geluid de niet-geautoriseerde toegang tot de wagen opspoort.

Activering

Buiten werking stellen

De volumetrische sensor en de hellingshoeksensor worden gedeactiveerd.

Het alarmsysteem blijft geactiveerd.

De interieurbewaking en het afsleepalarm worden automatisch opnieuw ingeschakeld wanneer de wagen weer wordt vergrendeld.

De interieurbewaking en de sensor van het afsleepalarm (hellingshoeksensor) worden samen met het alarmsysteem automatisch ingeschakeld.

Voor het inschakelen ervan moeten alle portieren en de achterklep gesloten zijn.

Indien u de interieurbewaking en het wegsleepalarm wenst uit te schakelen, moet u dit telkens opnieuw doen wanneer de wagen vergrendeld wordt, anders worden deze systemen automatisch ingeschakeld.

De interieurbewaking en het afsleepalarm moeten uitgeschakeld worden indien dieren in de binnenruimte van de vergrendelde wagen gelaten worden (anders gaat het alarmsysteem af wegens hun bewegingen) of bijvoorbeeld wanneer de wagen vervoerd wordt of wordt weggesleept met twee wielen van de grond.

Valse alarmen

De interieurbewaking zal alleen correct werken indien de wagen volledig gesloten is.

Hierbij moeten de wettelijke voorschriften worden opgevolgd.

In onderstaande gevallen kan een loos alarm optreden:

Let op

  • Als de wagen automatisch opnieuw vergrendeld wordt en het alarmsysteem zonder de functie volumetrische sensor geactiveerd is, dan wordt het alarmsysteem met alle functies ingeschakeld, behalve die van de volumetrische sensor. Deze wordt pas weer geactiveerd de volgende keer dat het alarmsysteem ingeschakeld wordt, tenzij deze opzettelijk uitgeschakeld wordt.
  • Indien het alarm is afgegaan als gevolg van de volumetrische sensor, dan wordt dit bij het openen van de wagen aangegeven via het knipperen van het controlelampje van het bestuurdersportier.

    Dit knipperen is anders dan wanneer het alarmsysteem aanstaat.

  • De trilling van een mobiele telefoon die in de wagen is achtergelaten kan ervoor zorgen dat de interieurbewaking wordt geactiveerd, aangezien de sensoren reageren op de bewegingen en schokken die optreden in de wagen.
  • Indien bij het activeren van het alarmsysteem nog een portier of de achterklep open is, wordt enkel het alarmsysteem geactiveerd.

    Enkel wanneer alle portieren gesloten zijn (met inbegrip van de achterklep), worden de interieurbewaking en het afsleepalarm geactiveerd.

Interieurbewaking en afsleepalarm uitschakelen*

Bij een vergrendelde wagen activeren bewegingen in het interieur (bijv. dieren) of een verandering in de hellingshoek van de wagen (bijv. wagentransport) het alarm. U voorkomt onbedoeld alarm door de interieurbewaking en het afsleepalarm uit te schakelen.

Als de inbraakbeveiliging (Safelock)*  wordt uitgeschakeld, worden ook de interieurbewaking en het afsleepalarm automatisch uitgeschakeld.

ATTENTIE Veiligheidsaanwijzingen  in Beschrijving op in acht nemen.

Centrale vergrendeling

Beschrijving De wagen kan centraal worden ontgrendeld en vergrendeld. De volgende mogelijkheden staan ter beschikking, afhankelijk van de wagenuitrusting: met de sleutel met radiografische af ...

Achterklep (kofferbak)

Achterklep automatisch vergrendelen Als de achterklep geopend is en de wagen vergrendeld, dan wordt die automatisch vergrendeld als er op de toets gedrukt is. U kunt een functie activeren om de ...

Zie ook:

Mercedes-Benz C-Klasse. Interieurverlichtingsregeling
Algemene aanwijzingen Behalve in de stand van de sleutel in het contactslot worden de interieurverlichtingsfuncties na enige tijd automatisch gedeactiveerd, om accu-ontlading va ...

Skoda Octavia. Bovenste stand van de klep instellen
De bovenste stand van de klep kan worden ingesteld (bv. bij beperkte ruimte voor het openen van de klep vanwege de hoogte van de garage of voor een comfortabelere bediening afhankelijk van de groo ...

Modellen: