Hyundai Ioniq Electric: Waar zitten de airbags? - Airbag - aanvullend veiligheidssysteem - Veiligheidssysteem van uw auto - Hyundai Ioniq Electric - InstructieboekjeHyundai Ioniq Electric: Waar zitten de airbags?

Bestuurdersairbag en voorpassagiersairbag

Bestuurdersairbag en voorpassagiersairbag

Bestuurdersairbag en voorpassagiersairbag

Uw auto is uitgerust met een aanvullend veiligheidssysteem (SRS) en driepuntsgordels voor de bestuurder en de voorpassagier.

Het aanvullend veiligheidssysteem bestaat uit airbags die zich bevinden in het midden van het stuurwiel en in het dashboardpaneel aan passagierszijde, boven het dashboardkastje.

Op de afdekking van de airbags zijn in reliëf de letters "AIR BAG" aangebracht.

Het doel van het aanvullend veiligheidssysteem is om de bestuurder en de voorpassagier extra bescherming te bieden bij een frontale aanrijding van een zekere zwaarte, ter aanvulling op de bescherming die geboden wordt door de veiligheidsgordel.

WAARSCHUWING

Om de kans op ernstig letsel door een zich opblazende airbag voor te beperken, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen getroffen worden:

  • Alle inzittenden moeten altijd hun veiligheidsgordel dragen: de gordel houdt de inzittende zo goed mogelijk op zijn plaats.
  • Zet uw stoel zo ver mogelijk naar achteren, waarbij u de auto nog wel onder controle moet kunnen blijven houden.
  • Leun nooit tegen het portier of de middenconsole.
  • Laat de voorpassagier zijn voeten of benen nooit op het dashboard zetten.
  • Er mogen geen voorwerpen (zoals een beschermhoes, een houder voor een mobiele telefoon, een bekerhouder, een luchtverfrisser of stickers) op of in de buurt van de airbagmodules op het stuurwiel, op het dashboard, op de voorruit of op het dashboardpaneel boven het dashboardkastje worden geplaatst. Dergelijke voorwerpen kunnen letsel veroorzaken als de airbags bij een aanrijding geactiveerd worden.
  • Bevestig geen voorwerpen aan de voorruit of aan de binnenspiegel.

Bestuurdersairbag en voorpassagiersairbag

ON/OFF-schakelaar voorpassagiersairbag (indien van toepassing)

Met deze schakelaar kan de voorpassagiersairbag worden uitgeschakeld zodat op de voorpassagiersstoel een persoon kan worden vervoerd met een vanwege zijn leeftijd, lengte of gezondheidstoestand verhoogd risico op letsel bij het activeren van de airbag.

Bestuurdersairbag en voorpassagiersairbag

Uitschakelen van de voorpassagiersairbag: Steek de sleutel of een vergelijkbaar stevig voorwerp in de ON/OFFschakelaar voor de voorpassagiersairbag en zet deze in de stand OFF. Het controlelampje voorpassagiersairbag OFF ( ) zal gaan branden en blijven branden totdat de voorpassagiersairbag weer wordt ingeschakeld.

Bestuurdersairbag en voorpassagiersairbag

Weer inschakelen van de voorpassagiersairbag: Steek de sleutel of een vergelijkbaar stevig voorwerp in de ON/OFFschakelaar voor de voorpassagiersairbag en zet deze in de stand ON. Het controlelampje voorpassagiersairbag ON ( ) zal 60 seconden gaan branden.

Informatie Het controlelampje voorpassagiersairbag ON/OFF brandt gedurende ongeveer 4 seconden nadat de startknop in stand ON is gezet.

WAARSCHUWING
Vervoer geen volwassen passagier op de voorpassagiersstoel als het controlelampje voorpassagiersairbag OFF brandt. Tijdens een aanrijding zal de airbag niet worden opgeblazen als het desbetreffende controlelampje brandt. Schakel de voorpassagiersairbag in of laat de passagier plaatsnemen op een achterstoel.

 

WAARSCHUWING

Bij een storing in de ON/OFFschakelaar voorpassagiersairbag kunnen de volgende omstandigheden zich voordoen:

  • Het waarschuwingslampje AIRBAG ( )op het dashboard gaat branden.
  • Het controlelampje voorpassagiersairbag OFF ( ) gaat niet branden en het controlelampje voorpassagiersairbag ON ( ) gaat gedurende ongeveer 60 seconden branden en vervolgens uit. De voorpassagiersairbag wordt bij een frontale aanrijding opgeblazen ondanks dat de ON/OFF-schakelaar voor de voorpassagiersairbag in stand OFF staat.
  • Laat in dat geval de ON/OFFschakelaar voor de voorpassagiersairbag en het airbagsysteem zo spoedig mogelijk controleren door een officiële HYUNDAI-dealer.

Zijairbags

Zijairbags

Beide voorstoelen van uw auto zijn uitgerust met een zijairbag. Het doel van de airbag is om de bestuurder en de voorpassagier een aanvullende bescherming te bieden naast de bescherming die wordt geboden door de veiligheidsgordel.

De zijairbags zijn ontworpen om tijdens bepaalde aanrijdingen van opzij geactiveerd te worden, afhankelijk van de ernst, de hoek, de snelheid en de plaats waarop de auto wordt geraakt.

De zijairbags zijn niet ontworpen om bij alle aanrijdingen van opzij opgeblazen te worden.

WAARSCHUWING

Om de kans op ernstig letsel door een zich opblazende zijairbag te beperken, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen getroffen worden:

  • Alle inzittenden moeten altijd hun veiligheidsgordel dragen: de gordel houdt de inzittende zo goed mogelijk op zijn plaats.
  • Laat passagiers niet met het hoofd of andere delen van het lichaam tegen het portier leunen, hun armen uit het raam steken of voorwerpen tussen de portieren en de zitplaatsen steken.
  • Houd het stuurwiel vast op 9 en 3 uur, zodat de kans op letsel aan uw armen en handen tot een minimum beperkt wordt.
  • Gebruik geen stoelhoezen.

    Deze kunnen de werking van het systeem in negatieve zin beïnvloeden.

  • Hang geen andere voorwerpen dan kleding aan de jashaak.

    Anders kan bij een ongeval de auto beschadigd raken of kan persoonlijk letsel ontstaan, in het bijzonder als de airbag geactiveerd wordt.

  • Plaats geen voorwerpen op de airbag of tussen de airbag en uzelf. Bevestig ook geen voorwerpen rond de gedeelten waar de geactiveerde airbags uit komen, zoals het portier, de zijruit en de voor- en achterstijl.
  • Plaats geen voorwerpen tussen het portier en de zitplaats. Dergelijke voorwerpen kunnen gevaarlijke projectielen worden wanneer de zijairbag wordt opgeblazen.
  • Monteer geen accessoires op of in de buurt van de zijairbags.
  • Plaats geen voorwerpen tussen het zijairbaglabel en de zitting. Deze kunnen letsel veroorzaken als de airbags bij een aanrijding geactiveerd worden.
  • Voorkom dat de portieren hard worden geraakt als de startknop in stand ON staat: dit kan tot gevolg hebben dat de zijairbags worden geactiveerd.
  • Als de stoel of de stoelbekleding beschadigd is, laat dan het systeem controleren door een officiële HYUNDAI-dealer.

Curtain airbags

Curtain airbags

De curtain airbags bevinden zich langs de rand van het dak boven de voor- en achterportieren.

Ze zijn ontworpen om bij bepaalde aanrijdingen van opzij het hoofd van de inzittenden op de zitplaatsen voor en op de buitenste zitplaatsen achter te beschermen.

De curtain airbags zijn ontworpen om tijdens bepaalde aanrijdingen van opzij geactiveerd te worden, afhankelijk van de ernst van de aanrijding, de hoek, de snelheid en de plaats van impact.

De curtain airbags zijn niet ontworpen om bij alle aanrijdingen van opzij opgeblazen te worden.

WAARSCHUWING

Om de kans op ernstig letsel door een zich opblazende curtain airbag te beperken, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen getroffen worden:

  • Alle inzittenden moeten altijd hun veiligheidsgordel dragen: de gordel houdt de inzittende zo goed mogelijk op zijn plaats.
  • Plaats kinderzitjes op de juiste manier en zo ver mogelijk van het portier vandaan.
  • Plaats geen voorwerpen op de airbag. Bevestig ook geen voorwerpen rond de gedeelten waar de geactiveerde airbags uit komen, zoals het portier, de zijruit, de voor- en achterstijl en de dakzijrail.
  • Hang geen harde of breekbare voorwerpen aan de jashaak
  • Hang geen andere voorwerpen dan kleding aan de jashaak. Anders kan bij een ongeval de auto beschadigd raken of kan persoonlijk letsel ontstaan, in het bijzonder als de airbag geactiveerd wordt.
  • Laat passagiers niet met het hoofd of andere delen van het lichaam tegen het portier leunen, hun armen uit het raam steken of voorwerpen tussen de portieren en de zitplaatsen steken.
  • Open of repareer de curtain airbags niet.

Airbag - aanvullend veiligheidssysteem

Het werkelijke aantal airbags kan afwijken van de afbeelding. Bestuurdersairbag Voorpassagiersairbag Zijairbag Curtain airbag Knie-airbag ON/OFF-schakelaar voorpassagiersairbag (indi ...

Hoe werkt het airbagsysteem?

De onderdelen van het aanvullend veiligheidssysteem zijn: Bestuurdersairbagmodule/ Knie-airbagmodule bestuurder Voorpassagiersairbagmodule Zijairbagmodules/zijairbagsensoren Curtain airb ...

Zie ook:

Mercedes-Benz C-Klasse. Alarmknipperlichtinstallatie
- Noodknipperlicht in- of uitschakelen: De toets indrukken. Bij ingeschakelde noodknipperlichten knipperen alle knipperlichten. Als nu een knipperlicht ...

Mercedes-Benz C-Klasse. Actuele snelheid opslaan of de als laatste opgeslagen snelheid oproepen
WAARSCHUWING Als de opgeslagen snelheid wordt opgeroepen en de actuele snelheid hoger is, remt de auto af. Als de opgeslagen snelheid niet bekend is, kan de auto onverwacht r ...

Modellen: