Hyundai Ioniq Electric: Voorzorgsmaatregelen veiligheidsgordel - Veiligheidsgordels - Veiligheidssysteem van uw auto - Hyundai Ioniq Electric - InstructieboekjeHyundai Ioniq Electric: Voorzorgsmaatregelen veiligheidsgordel

Doe altijd uw veiligheidsgordel om en zorg ervoor dat al uw passagiers dat ook doen voordat u wegrijdt. Airbags (indien van toepassing) zijn ontworpen als aanvulling op de veiligheidsgordels als extra veiligheidsvoorziening en niet ter vervanging ervan. In de meeste landen is het gebruik van veiligheidsgordels door alle inzittenden verplicht.

WAARSCHUWING

ALLE inzittenden moeten de veiligheidsgordel dragen als de auto in beweging is. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen bij het afstellen en dragen van de veiligheidsgordels:

  • Kinderen tot en met 13 jaar moeten altijd op een achterstoel plaatsnemen en de gordel op de juiste manier dragen.
  • Laat kinderen nooit op de voorpassagiersstoel meerijden, tenzij de airbag is uitgeschakeld. Als een kind op de voorpassagiersstoel zit, moet de stoel zo ver mogelijk naar achteren worden gezet en moet het kind goed vast worden gezet.
  • Vervoer een baby of kind NOOIT op de schoot van een andere inzittende.
  • Rijd NOOIT met een rugleuning die te ver achterover staat
  • Vervoer nooit meerdere kinderen op één stoel of vastgezet met één veiligheidsgordel.
  • Draag nooit de schoudergordel onder de arm door of achter uw rug.
  • Zet breekbare voorwerpen nooit vast met een veiligheidsgordel. Bij krachtig remmen of een aanrijding kunnen ze beschadigd raken door de veiligheidsgordel.
  • Gebruik de veiligheidsgordel niet in gedraaide toestand. Een gedraaide veiligheidsgordel biedt in geval van een ongeval onvoldoende bescherming.
  • Gebruik een veiligheidsgordel waarvan de band of andere onderdelen beschadigd zijn niet.
  • Zet de gesp van de veiligheidsgordel niet vast in de gordelsluiting van een andere stoel.
  • Maak de veiligheidsgordel tijdens het rijden NOOIT los.

    Hierdoor kunt u de controle over de auto verliezen, waardoor er een ongeval kan ontstaan.

  • Controleer of niets de vergrendeling van de veiligheidsgordel in de gordelsluiting hindert. Als dat wel het geval is, zit de veiligheidsgordel mogelijk niet goed vast.
  • Er mogen geen wijzigingen aan de gordel worden aangebracht of hulpmiddelen worden gebruikt die voorkomen dat het gordelmechanisme de gordel strak tegen het lichaam aan kan trekken of die het verstellen van de gordel onmogelijk maken.

 

WAARSCHUWING

Beschadigde veiligheidsgordels en gordelmechanismen zullen niet goed werken. Vervang een veiligheidsgordel altijd:

  • Als de gordelband gerafeld, vervuild of beschadigd is.
  • Als de sluitingen of andere componenten beschadigd zijn.
  • Vervang de complete veiligheidsgordel als hij gedragen is tijdens een ongeval, ook al zijn er aan de gordelband of het gordelmechanisme geen beschadigingen te zien.

Veiligheidsgordels

In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de veiligheidsgordels op de juiste manier gebruikt worden. Verder worden er zaken behandeld die achterwege moeten worden gelaten bij het gebruik van de veilig ...

Waarschuwingslampje veiligheidsgordel

Waarschuwing veiligheidsgordels Waarschuwing bestuurdersgordel Als herinnering voor de bestuurder gaat telkens als de startknop in stand ON wordt gezet het waarschuwingslampje van de veilighei ...

Zie ook:

Skoda Octavia. Werking
Afb. 274 MAXI DOT-display (monochroom): Voorbeelden van statusindicaties van het snelheidsregelsysteem Afb. 275 Segmentdisplay: Voorbeelden van statusindicaties van het snelheidsregelsy ...

Mazda 6. Kindersloten van achterportieren
Deze sloten zijn bestemd om te helpen voorkomen dat kinderen per ongeluk de achterportieren openen. Gebruik deze op beide achterportieren wanneer u kinderen op de achterzitting van de auto vervoer ...

Modellen: