Volvo V40: Park Assist-camera
De parkeercamera is een ondersteunend systeem en wordt geactiveerd bij inschakeling van de achteruitversnelling.
De cameraweergave verschijnt op het display van de middenconsole.
N.B. Wanneer het elektrische systeem van de auto is geconfigureerd voor een trekhaak, wordt de uitsteeklengte van de trekhaak meegerekend bij het meten van de afstand tot obstakels achter de auto. |
WAARSCHUWING
|
Functie en bediening
Camerapositie bij de openingshandgreep.
De camera toont wat er achter de auto is en of er iets of iemand van de zijkanten opduikt.
De camera beslaat een breed gebied achter de auto alsook een deel van de bumper en een eventuele trekhaak.
Voorwerpen op het display lijken mogelijk over te hellen – dit is volkomen normaal.
N.B. Voorwerpen op het beeldscherm kunnen dichter bij de auto zijn dan dat ze op het scherm lijken te zijn. |
Als een andere schermweergave actief is, neemt de parkeercamera het scherm automatisch over voor weergave van de camerabeelden.
Bij het inschakelen van de achteruitversnelling wordt met behulp van ononderbroken lijnen grafisch aangegeven waar de achterwielen van de auto uitkomen bij de actuele stuuruitslag – dit vereenvoudigt het achteruit inparkeren, achteruitrijden in krappe ruimten en aankoppelen van aanhangers.
De contouren van de auto worden bij benadering aangegeven met streepjeslijnen. De hulplijnen zijn te deactiveren - zie hoofdstuk Instellingen .
Als de auto tevens uitgerust is met Parkeerhulpsensoren , illustreren gekleurde velden op grafische wijze de afstand tot geregistreerde obstakels, zie het kopje "Auto's met parkeerhulpsensoren achter" verderop.
De camera wordt ca. 5 seconden na uitschakeling van de achteruitversnelling gedeactiveerd, of eerder als de rijsnelheid oploopt tot boven 10 km/h (6 mph) vooruit of 35 km/h (22 mph) achteruit.
Lichtomstandigheden
De cameraweergave wordt automatisch aangepast aan de heersende lichtomstandigheden. Dit kan ertoe leiden dat de beeldweergave ietwat kan variëren wat lichtsterkte en kwaliteit betreft.
Slechte lichtomstandigheden leveren mogelijk een iets slechtere beeldkwaliteit op.
N.B. Houd voor optimale werking de cameralens vrij van vuil, sneeuw en ijs. Dit is vooral van belang in slechte lichtomstandigheden. |
Hulplijnen
Voorbeeld van hoe hulplijnen voor de bestuurder getoond
worden.
De lijnen op het scherm worden geprojecteerd als stonden ze op de grond achter de auto. De lijnen zijn bovendien afhankelijk van de stuuruitslag, zodat u ook tijdens het draaien kunt zien welke baan de auto zal nemen.
N.B.
|
BELANGRIJK Let op: het schermbeeld toont alleen het gebied achter de auto - let dus op de zijkanten en voorkant van de auto als u bij achteruitrijden aan het stuurwiel draait. |
Grenslijnen
De verschillende lijnen van het systeem
- Grenslijn vrije achteruitrijzone
- "Wielsporen"
De onderbroken lijn (1) grenst een zone af die tot ca. 1,5 m achter de achterbumper strekt. Het vormt tegelijkertijd de grens voor de uitstekende delen van de auto, zoals buitenspiegels en hoeken – ook tijdens het maken van een bocht.
De brede "wielsporen" (2) tussen de zijlijnen geven aan waar de wielen zich zullen bevinden en kunnen tot ca. 3,2 m achter de achterbumper reiken zolang er geen obstakel in de weg staat.
Auto's met parkeerhulpsensoren achter
De afstand wordt aangegeven met gekleurde velden (4 stuks,
voor elke sensor één).
Als de auto tevens uitgerust is met Parkeerhulp wordt voor iedere sensor die een obstakel waarneemt de afstand met gekleurde velden weergegeven.
De kleur van de velden verandert naarmate de afstand tot het obstakel afneemt – van lichtgeel via oranje in rood.
Gerelateerde informatie
- Parkeerhulpcamera - instellingen
- Park Assist-camera - beperkingen
- Parkeerhulp
- Actieve parkeerhulp (PAP)
Park Assist - sensoren schoonmaken
Park Assist is bedoeld als hulpmiddel tijdens het parkeren. Geluidssignalen en symbolen op het display van de middenconsole geven de afstand aan tot een waargenomen obstakel. De Park Assist-senso ...
Parkeerhulpcamera - instellingen
Uitgeschakelde camera activeren Als de camera uitgeschakeld is bij het inschakelen van de achteruitversnelling, is de camera als volgt te activeren: Hoofdbronmenu Druk een of tweemaal lan ...
Zie ook:
Volvo V40. Verankeringsogen
De verankeringsogen in de bagageruimte gebruikt u om bagagebanden aan vast
te zetten.
WAARSCHUWING Harde, scherpe en/of zware
voorwerpen die liggen of uitsteken kunnen bij krachtig a ...
Skoda Octavia. Dynamische onderstelregeling (DCC)
De dynamische onderstelregeling (hierna DCC) biedt de mogelijkheid om de
schokdemperkarakteristiek voor een sportieve, normale of comfortabele rijstijl
in te stellen, door de betreffende rijmodus ...