Volvo V40: Instrumentenpaneel - betekenis waarschuwingssymbolen
De waarschuwingssymbolen attenderen u erop dat de bijbehorende belangrijke functies/systemen ingeschakeld zijn of dat er ernstige storingen of gebreken zijn opgetreden.
Waarschuwingssymbolen
Symbool | Betekenis |
Lage oliedruk A | |
Parkeerrem ingeschakeld, digitaal instrument | |
Parkeerrem ingeschakeld, analoog instrument | |
Airbags (SRS) | |
Gordelwaarschuwing | |
Dynamo laadt niet bij | |
Storing in remsysteem | |
Waarschuwing |
A Bepaalde motorvarianten hebben geen systeem dat waarschuwt bij het wegvallen van de oliedruk. Bij auto's met dergelijke motorvarianten is het symbool voor een geringe oliedruk niet in gebruik. In plaats daarvan wordt via een displaymelding gewaarschuwd voor een lage oliedruk. Voor meer informatie, zie Motorolie - algemeen .
Lage oliedruk
Als het lampje tijdens het rijden oplicht, is de druk van de motorolie te laag. Zet de motor onmiddellijk af en controleer het motoroliepeil.
Vul zo nodig olie bij. Als het lampje oplicht terwijl het oliepeil in orde is, moet u contact opnemen met een werkplaats. Volvo adviseert dat u daarvoor een erkende Volvo-werkplaats bezoekt.
Parkeerrem ingeschakeld
Het lampje brandt continu, wanneer u de parkeerrem hebt aangezet. Het lampje brandt tijdens het aanzetten. Voor meer informatie, zie Parkeerrem .
Airbags (SRS)
Als het symbool tijdens het rijden oplicht of blijft branden, is er een storing geregistreerd in een van de veiligheidssystemen van de auto. Rijd zo spoedig mogelijk naar een werkplaats voor een controle. Volvo adviseert dat u daarvoor een erkende Volvo-werkplaats bezoekt.
Gordelwaarschuwing
Het lampje brandt als u of de voorpassagier geen veiligheidsgordel draagt of als iemand op de achterbank de gordel heeft losgenomen.
Dynamo laadt niet bij
Het lampje gaat tijdens het rijden branden, als er sprake is van een storing in het elektrische systeem.
Bezoek een werkplaats. Volvo adviseert dat u daarvoor een erkende Volvo-werkplaats bezoekt.
Storing in remsysteem
Als het lampje oplicht, is het remvloeistofpeil mogelijk te laag. Breng de auto zo spoedig mogelijk tot stilstand en controleer het peil in het remvloeistofreservoir, zie Rem- en koppelingsvloeistof - peil .
Als de waarschuwingssymbolen voor het remsysteem en ABS tegelijkertijd branden, kan er een storing in de remkrachtverdeling zijn opgetreden.
- Breng de auto zo spoedig mogelijk tot stilstand en zet de motor af.
- Start de motor opnieuw.
- Rijd verder als beide symbolen uitgaan.
- Als de symbolen echter blijven branden, moet u het peil in het
remvloeistofreservoir controleren, zie Rem- en koppelingsvloeistof - peil . Als de lampjes blijven branden ondanks dat het peil van
de remvloeistof in orde is, moet u de auto uiterst voorzichtig naar een
werkplaats rijden om het remsysteem te laten controleren.
Volvo adviseert dat u daarvoor een erkende Volvo-werkplaats bezoekt.
WAARSCHUWING Als de remvloeistof onder het
MIN-niveau in het remvloeistofreservoir ligt, mag u pas verder
rijden als de remvloeistof is bijgevuld.
Het remvloeistofverlies moet door een werkplaats worden gecontroleerd. Volvo adviseert u daarvoor contact op te nemen met een erkende Volvo-werkplaats. |
WAARSCHUWING Als de rem- en ABS-symbolen tegelijkertijd branden, bestaat de kans dat de achtertrein bij krachtig afremmen slipt. |
Waarschuwing
Het rode waarschuwingssymbool gaat branden, wanneer er een storing is geregistreerd die van invloed kan zijn op de veiligheid en/of de rijeigenschappen van de auto. Er verschijnt tegelijkertijd een verklarende displaymelding op het bestuurdersdisplay. Het symbool blijft branden tot de storing is verholpen, maar de melding kunt u verwijderen met de OK-knop, zie Menufuncties - instrumentenpaneel . Het waarschuwingssymbool kan ook gaan branden in combinatie met andere symbolen.
Actie:
- Stop zo spoedig mogelijk. Rijd niet verder met de auto.
- Lees de informatie op het bestuurdersdisplay.
Voer de handeling uit die de melding op het display u voorschrijft. Wis de melding met de OK-knop.
Waarschuwing, portieren niet gesloten
Als een van de portieren niet goed dichtstaat, gaat het informatie- of waarschuwingssymbool branden en verschijnt er een verklarende afbeelding op het bestuurdersdisplay. Breng de auto zo spoedig mogelijk tot stilstand en sluit het portier dat openstaat.
Als u zo'n 7 km/h (4 mph) rijdt, gaat het informatiesymbool branden.
Als u sneller dan zo'n 7 km/h (4 mph) rijdt, gaat het waarschuwingssymbool branden.
Als de motorkap niet goed dichtstaat, gaat het waarschuwingssymbool branden en verschijnt er een verklarende afbeelding op het bestuurdersdisplay.
Breng de auto zo spoedig mogelijk tot stilstand en sluit de motorkap.
Als de achterklep niet goed dichtstaat, gaat het informatiesymbool branden en verschijnt er een verklarende afbeelding op het bestuurdersdisplay.
Breng de auto zo spoedig mogelijk tot stilstand en sluit de achterklep.
Gerelateerde informatie
- Instrumentenpaneel
- Instrumentenpaneel - betekenis controlesymbolen
- Instrumentenpaneel, analoog - overzicht
- Instrumentenpaneel, digitaal - overzicht
Instrumentenpaneel - betekenis controlesymbolen
De controlesymbolen attenderen u erop dat de bijbehorende functies ingeschakeld zijn, de desbetreffende systemen actief zijn of dat er storingen of gebreken zijn opgetreden. Controlesymbolen ...
Buitentemperatuur
Het buitentemperatuurmeterdisplay is zichtbaar op het instrumentenpaneel. Display voor buitentemperatuurmeter, digitaal instrumentenpaneel Display voor buitentemperatuurmeter, analoog instru ...
Zie ook:
Mazda 6. Hoofdsteunen
Uw auto is uitgerust met hoofdsteunen
op alle buitenste zitplaatsen en op de
middelste zitplaats van de achterzitting.
De hoofdsteunen zijn bedoeld om u en
uw passagiers te helpen beschermen teg ...
Skoda Octavia. Infotainment-systeeminstellingen
Geluidsinstellingen
De toets of indrukken en vervolgens de functietoets Klank
aantippen.
■ Volume - Volume-instelling
Maximaal inschakelvolume - Instelling van het maximale volume bij
h ...