Renault Megane: Autogordels - Ken uw auto - Renault Megane - InstructieboekjeRenault Megane: Autogordels

Gebruik tijdens het rijden altijd de autogordel.

Het niet dragen van de gordel is gevaarlijk en strafbaar. Bovendien dient u zich te houden aan de wetgeving van het land waarin u zich bevindt

Een verkeerd afgestelde of gedraaide autogordel kan bij een ongeval letsel veroorzaken.

Gebruik één autogordel per persoon, kind of volwassene.

Zwangere vrouwen moeten ook hun gordel dragen. Let in dat geval op dat de heupgordel niet te veel op de onderbuik drukt, zonder de gordel te los te dragen.

Stel, voordat u start de juiste zithouding af, en daarna voor alle inzittenden de autogordel om de beste bescherming te krijgen.

De juiste zithouding

Afstellen van de autogordel

Afstellen van de autogordel

Ga goed tegen de rugleuning aan zitten.

De band van de schoudergordel 1 moet zo dicht mogelijk langs de hals over de schouder lopen, zonder dat de gordel de hals raakt.

De band van de heupgordel 2 moet vlak over de heupen langs het bekken lopen.

De autogordel moet zo direct mogelijk tegen het lichaam gedragen worden. Bijv.: niet over te dikke kleding of over ertussen gestoken voorwerpen, enz.

Afstellen van de autogordel

Vergrendelen

Trek de riem langzaam en rustig over u heen en druk de gesp 3 in de sluiting 5 (controleer de vergrendeling door aan de gesp 3 te trekken).

Als de gordel blokkeert, laat hem dan een stuk teruggaan en rol hem opnieuw af.

Als de autogordel compleet is geblokkeerd, trek dan langzaam, maar krachtig, aan de gordel om deze ongeveer 3 cm naar buiten te trekken. Laat hem zichzelf oprollen en rol hem opnieuw af.

Als het probleem aanhoudt, dient u een merkdealer te raadplegen.

Waarschuwingslampje autogordel van de bestuurder vergeten en, afhankelijk van de auto, van de voorpassagier
Dit licht op het centrale display op bij het starten van de motor. Als de autogordel van de bestuurder of de passagier voorin (indien aanwezig) niet is vastgemaakt als de auto ongeveer 20 km/u rijdt, knippert dit en klinkt er gedurende ongeveer 120 seconden een geluidssignaal.

N.B.: een voorwerp op de zitting van de passagiersstoel kan in sommige gevallen het waarschuwingslampje inschakelen.

Waarschuwing van het niet dragen van de achtergordel
Het controlelampje gaat branden op het centrale display en er wordt een bericht weergegeven op het instrumentenpaneel waarin het aantal vastgemaakte autogordels wordt aangegeven gedurende ongeveer 30 seconden of de afbeelding 6 wordt weergegeven, afhankelijk van de auto.

In alle gevallen worden deze berichten weergeven bij het:

Afstellen van de autogordel

Controleer of de passagiers achter goed vastgemaakt zijn en het aantal vastgemaakte gordels overeenkomt met het aantal bezette plaatsen op de achterstoelen.

Op het overzicht 6:

Ontgrendelen

Druk op de knop 4, de gordel wordt door het oprolmechanisme teruggetrokken. Begeleid hem.

Ontgrendelen

Hoogteverstelling van de gordel van de voorstoelen

Verplaats de knop 7 om de hoogte van de gordel zo af te stellen dat de riem van de borstkas loopt zoals hiervoor is aangegeven.

Druk op de knop 7 en zet de hoofdsteun omhoog of omlaag. Controleer na het afstellen of de knop weer goed is vergrendeld.

Ontgrendelen

Autogordels achter 8

Het vergrendelen, ontgrendelen en afstellen gebeuren op dezelfde manier als bij de voorste gordels.

Controleer de plaats en werking van de autogordel achterin na het kantelen van de achterbank.

Ontgrendelen

De volgende raadgevingen gelden voor de autogordels voor en achter.

  • Verander niets aan de oorspronkelijke onderdelen van het veiligheidsmechanisme: gordels, stoelen en de bevestigingen ervan.

    Raadpleeg voor speciale gevallen (bv. installatie van een kinderzitje) een merkdealer.

  • Zorg dat er geen voorwerpen tussen de riemen worden gestoken die speling kunnen veroorzaken (wasknijpers, klemmetjes, enz.): een autogordel die te los zit, kan verwondingen veroorzaken in geval van een ongeluk.
  • Draag nooit de schoudergordel achter de rug of onder de arm langs aan de kant van het portier.
  • Een autogordel mag nooit door meer personen tegelijk gebruikt worden; sla uw gordel nooit om een baby of een kind heen dat op uw schoot zit.
  • De gordel mag niet gedraaid zijn.
  • Na een botsing moet u de gordels laten controleren en indien nodig vervangen. Gordels die beschadigingen vertonen moeten ook worden vervangen.
  • Let er bij het terugplaatsen van de achterbank op dat de autogordels en sluitingen goed zitten zodat deze weer op de juiste wijze kunnen worden gebruikt.
  • Let op dat de gesp van de gordel in de juiste sluiting vastzit.
  • Zorg dat er geen voorwerp in de sluiting van de gordel kan komen waardoor de werking belemmerd wordt.
  • Zorg dat u de sluiting goed plaatst (deze mag niet verborgen of bedekt worden door of blijven haken achter personen of voorwerpen).

Stuurwiel

Hoogte- en diepteverstelling van het stuurwiel Laat de hendel 1 zakken en zet het stuurwiel in de gewenste stand. Til daarna de hendel geheel terug omhoog en voorbij het zware punt om het stuu ...

Aanvullende bevestigingsmiddelen

...

Zie ook:

Mercedes-Benz C-Klasse. DISTRONIC automatische afstandsregeling selecteren
- Controleren of het LIM-controlelampje gedoofd is. Zo ja, dan is de DISTRONIC automatische afstandsregeling al geselecteerd. - Zo nee, de TEMPOMAT-hendel in de ri ...

Mercedes-Benz C-Klasse. Klimaatregeling in- of uitschakelen
Algemene aanwijzingen Als de klimaatregeling wordt uitgeschakeld, zijn de luchttoevoer en -circulatie uitgeschakeld. De zijruiten kunnen beslaan. Daarom de klimaatregeling slechts kortstond ...

Modellen: